‘KKNN is inmiddels een begrip, een merk’
Het KKNN heeft een nieuwe projectleider: Clemens Gielingh. Mogelijk zal hij het netwerk tot 2027 aanvoeren, want zijn werkzame leven kenmerkt zich in een ‘4 years itch’. Het CV van de 42 jarige geboren Vlagtwedder toont dan ook een grote verscheidenheid aan activiteiten. Rode draden zijn er wel: concepten bedenken en organiseren. Daar kan het KKNN de komende jaren alleen maar van profiteren. Net als van het grote en brede netwerk van Gielingh.
Door Eduard van den Hoff
Voor zijn komst naar het KKNN was Gielingh werkzaam bij platform GRAS (Groninger Architectuur en Stedenbouw). ‘GRAS agendeert en adviseert onder andere op het gebied van de leefomgeving. Dat heeft me veel kansen geboden’, vertelt hij. ‘Zo zat ik uit naam van GRAS op beleids- en strategisch niveau om tafel met de gemeente en provincie Groningen, met Libau, CMO STAMM, enzovoorts.’ Gielingh schreef mee aan woonvisies, organiseerde talkshows en diverse publieksactiviteiten. Daarnaast deed hij enkele culturele evenementen zoals Kino Klandestino en ook meer maatschappelijk geëngageerde zaken, waaronder het indrukwekkende G1000 Burgerberaad.
Menselijk aspect
Bij het KKNN zal zijn focus meer verschuiven van stad naar platteland. ‘Ik hecht veel waarde aan de sociale component; de mens. Wat heeft een krimpende gemeenschap nodig om kwaliteit van leven te waarborgen? Hoe zit het met welzijn en leefbaarheid? Dat menselijke aspect wil ik ook in de opzet van de bijeenkomsten laten terugkomen.’ In het algemeen vindt Gielingh dat het met de inhoud van de Kenniscafés goed zit. ‘Een koerswijziging is nauwelijks nodig. De krimp gerelateerde opgaven blijven bestaan. Maar met mijn achtergrond kan ik misschien wel wat meer creativiteit inbrengen. Misschien kunnen sommige bijeenkomsten ook wat kleiner van opzet en zich meer op specifieke thematiek richten’, stelt hij. ‘Een van mijn ambities is onderzoek(ers) te koppelen aan beleidsmakers.’
Reacties losmaken
Met de komst van de nieuwe projectleider zal de website een voornamere rol gaan spelen binnen het kennisnetwerk. ’Ik wil het naar een hoger niveau tillen. Het fysieke aspect van kennis en ervaring delen is voor het KKNN een essentieel onderdeel. Met gerichte online activiteiten kunnen de fysieke bijeenkomsten meer impact krijgen. De content van de website moet voor inspiratie en verdieping zorgen, reacties losmaken. Dat is een basisvoorwaarde voor een toonaangevend netwerk als het KKNN. De naam KKNN is inmiddels een begrip, een soort merk geworden. En ook al betwijfelen sommigen of we nog wel moeten spreken van krimp, aan de naam KKNN moeten we volgens mij niet tornen. Misschien kunnen we het wel een andere subtitel meegeven.’